De tweede feministische golf vond plaats in ongeveer 1960, 1970 en 1980. In de eerste feministische golf werd vooral gestreden voor het kiesrecht, maar in de tweede feministische golf waren er verschillende doelen waar naar gestreefd werd.
Naast betaald werk en deelname aan het maatschappelijke leven, wilde feministen dat het typische rollenpatroon verbroken werd. In die tijd was het heel normaal dat de man voor het geld zorgde, en de vrouw de hele dag thuis was om voor de kinderen en het huishouden te zorgen. Ze wilden dat de rollen wat eerlijke verdeeld werden, en dat niet alleen de vrouwen voor het huishouden en de kinderen hoefden te zorgen.
Ook wilden ze dat vrouwen financieel onafhankelijk en economisch zelfstandig werden. Vrouwen moesten dus betaald krijgen voor werk en evenveel als mannen. Zo waren de vrouwen niet afhankelijk van de mannen om goed te kunnen leven, en hoefden ze niet persé te trouwen, en een typische huismoeder te worden.
Feministen streven ook voor minder (seksuele) mishandeling van vrouwen. Vroeger werden vrouwen als onderdanig aan mannen gezien, soms gebruikten mannen daarom geweld tegen vrouwen. Dit moest natuurlijk gestopt worden.